Waar water is zijn watervogels. In het mooie Costa Rica is aan water geen gebrek, aan watervogels evenmin. Reigers zijn (bijna) overal ter wereld veel voorkomende soorten die doorgaans op geen of op een matige belangstelling kunnen rekenen. En toch, ook hier gaat het om soms verbazingwekkend mooie vogels met heel aparte maniertjes. Neem nu de kleine blauwe reiger [Egretta caerulea] die in Costa-Rica écht overal terug te vinden is. Maar wist u dat de jonge vogel gedurende zijn eerste levensjaar gewoon wit is?
Herkomst. Wat we bij ‘herkomst’ zo vaak moeten melden is dat het echt niet gaat om een vogel die uitsluitend in Costa Rica terug te vinden is maar dat het een soort betreft met een groter verspreidingsgebied. Buiten Costa Rica kan de kleine blauwe reiger ook waargenomen worden langsheen de westkust van de Verenigde Staten (Californië, Oregon, Washington), in Mexico, delen van Brazilië en zelfs op de Antillen. Deze reiger is allesbehalve zeldzaam. We hebben hem gezien langs oevers van meren en rivieren, in mangroves en rond moerassen. Nooit vloog de vogel wild weg. Met een bekwame gids en een klein motorbootje kwamen we wel heel dicht bij de vogels. En toch, hoe bedreven die gidsen ook zijn, altijd werd er een zekere afstand gehouden. Intussen kregen we wel een uitvoerige documentatie over het reilen en zeilen van iedere vogelsoort die we wisten te ontmoeten. Dat de natuur in Costa Rica gewaardeerd en gerespecteerd wordt mag duidelijk zijn.
Levenswijze. Het zal niet vreemd klinken maar ook de kleine blauwe reiger doodt het meest zijn tijd met zich rustig te houden in de hiervoor aangegeven biotoop. De rust die de vogel uitstraalt wordt geaccentueerd door de lange nek die soms minutenlang stil kan gehouden worden en dit in de, voor ons toch, meest rare combinaties. In werkelijkheid houdt de reiger zich rustig met het oog op het slaan van een mogelijke prooi, niets in zijn houding zal hem verraden.
Voedsel. Van die reiger gaat amper of geen dreiging uit naar andere watervogels en/of waterdieren. Meermaals hebben we gezien dat er zich in de onmiddellijke nabijheid andere vogels bevonden die op hetzelfde voedsel jagen. Geen probleem, de waters van Costa Rica lijken voldoende rijk te zijn aan vis, amfibieën, schaaldieren (rivierkreeftjes, garnaaltjes …), ook kleine gewervelde dieren die letterlijk voor de poten van de reiger lopen zijn niet veilig. Zoals dat gaat bij reigers worden de prooien geslagen met de vlijmscherpe snavel. Met een snelle ruk wordt die vooruitgeduwd, zelden wordt een prooi gemist. Alle prooien worden in een keer doorgeslikt. De niet verteerbare delen worden via een braakbal uitgescheiden.
Details. Grootte: ± 60 centimeter. Gewicht: 325-350 gram. Snavel: lichtjes gebogen naar de punt toe, scherp en grijsachtig van kleur met een zwarte punt. Poten: lang en grijs van kleur. Vliegbeeld: net lijk de blauwe reiger bij ons: S-vormige hals, horizontale vlucht, gestrekte poten.
Lichaam. Kop en nek zijn bruinviolet van kleur. Bij broedrijpe vogels wordt die kleur daar meer levendig, het somber van het bruin verdwijnt deels waardoor het paars mooier wordt. De rest van het lichaam heeft een grijs blauwachtige bevedering. Opvallend en eigen aan die vogel is de gele oogkleur die omgeven wordt door een geelgroene naakte zone.
Dimorfisme. Onbestaand. Man en pop zijn in hun uiterlijke verschijningsvorm identiek aan elkaar.
Voortplanting. Reigers bezitten wereldwijd een gelijklopende baltsdans. De man poetst de veren, strekt de nek, richt borst- en kopveren op en laat harde geluiden horen. Belagers worden afgedreigd met een geopende snavel of nog worden de vleugels getoond waarbij de poten gestretcht worden. Uiteraard zijn er nog individuele verschillen merkbaar. Gaat een wijfje op de avances van een man in dan wordt de zogenaamde ‘snapbeweging’ ingezet. Hierbij richt de man de kop neerwaarts, wordt de kuif opgericht, wordt de snavel geopend om die met een hard ‘snapgeluid’ dicht te slaan. De man zal hierbij de mogelijke partner met de snavel een stok aanbieden. Bij aanvaarding hiervan wordt het ‘huwelijk’ gesloten.
Nest & eieren. Eenmaal het paar gevormd wordt het tijd voor nestbouw. Het nest, gebouwd op een platform, wordt door de kleine blauwe reiger zelden of nooit hoog gebouwd. Het is gelegen in een kleine boom of in een laag groeiende struik. Deze reiger, die nota bene een koloniebroeder is, bouwt het nest met vooral takken. Reigers zijn doorgaans geen nette vogels. Uitwerpselen worden niet weggebracht maar stapelen zich onderaan het nest op. Dit kan er, volgens onze gids, de oorzaak van zijn dat bomen en struiken gewoon afsterven. Ze worden door de mest van de vogels eenvoudig verstikt. Naar wordt beweerd vinden de paringen op het nest plaats. Per nest worden drie tot vier eieren gelegd die een zacht blauwgroene kleur bezitten. De tussentijd tussen elk ei is een dag. De broedtijd is circa 23 dagen waarbij het nuttig is te melden dat beide partners broeden.
Jongen. Bij de geboorte is de jonge kleine blauwe reiger spaarzaam met dons bedekt. Beide ouders staan gezamenlijk in voor de opvoeding van de jongen. De ouders brengen het beschreven voedsel naar het nest, laten het in het nest vallen maar steken ook voedsel in de bek van de jongen. De jongen blijven van vijf tot zeven weken in de broedplaats. Heel speciaal is wel dat ze geen blauwe bevedering bezitten maar gewoon wit gekleurd zijn. Van jong tot jong kunnen er wel, én verschillend, enkele donkere veren merkbaar zijn in de vleugelpennen of in de rugbevedering. Het kan tot twee jaar duren voor de jonge vogel volledig op kleur is.
Literatuur
- Animal Diversity Web.
- A Guide to the Birds of Mexico and Northern-Central America by Steve N. G. Howell, Sophie Webb
- Birds of Costa Rica by Richard Garrigues and Robert Dean.
- Diverse plaatselijke gidsen waaronder Greivin Gonzalez, mondeling.